Geschiedenis van Seva Sangam Tiruchirappalli.

In 1948, kort na de dood van Mahatma Gandhji, wil een groep vrouwen uit Tiruchirappalli zijn idealen voortzetten. Zij richten het genootschap Seva Sangam (Samen Delen) op, met het doel te zorgen voor verlaten vrouwen, wezen en arme kinderen. Seva Sangam geeft onderwijs en helpt hen om een zinvol leven te leiden.
De organisatie groeit uit tot een groot instituut door de inzet van deze vrouwen, die dit als vrijwilligers besturen en hiervoor fondsen werven bij de bevolking van hun stad. Een klein deel van de onderwijskosten en de opvang van wezen wordt door de Staat bekostigd, het grootste deel door liefdadigheid.
Er ontstaan een kleuter-, lagere en middelbare school, tevens slaapzalen voor interne studenten en huisvesting voor werkende aleenstaande vrouwen. Buiten algemeen onderwijs is er ook vakonderwijs zoals weven op handweefgetouwen en drukken op een drukpers, wat tevens inkomsten genereert voor het instituut. Jongere leerlingen helpen met het maken van sandelhouten slingers, die gebruikt worden om Goden te eren, maar ook om bezoekers als welkom aan te bieden.


Ook de drukkerij is nu vervangen, waar de meisjes een beroep leren en het brengt wat inkomsten voor het instituut.


In december 1979 bezoekt de familie Barelds het instituut. Nelly Barelds werkt als vrijwilligster voor de adoptievereniging BANND als coördinator voor India en ze bezoeken tijdens hun reis door Zuid India daarom meerdere kindertehuizen. Bij Seva Sangam zijn geen babies en peuters weeskinderen, maar er wordt heel inventief onmiddellijk een 10 jarig meisje voorgesteld met de vraag haar te sponsoren. Zo wordt Shanthi het eerste sponsorkind van Seva Sangam Nederland, dat na thuiskomst spontaan ontstaat doordat familie en vrienden ook kinderen gaan ondersteunen. Van meet af aan is Mieke Aussems, Nelly's zus, de beste promotor en door haar toedoen wordt zelfs een hele school, het Maartenscollege in Maastricht, erbij betrokken.
De handgeweven lakens en sandelhouten slingers vinden ook in Nederland gretig aftrek. De enige domper is dat het verzenden van brieven, produkten en geld een moeizame aangelegenheid is. In januari 1981 zijn de Bareldsen weer in India en worden de banden aangehaald en problemen besproken.
In 1984 vertrekken ze naar Portugal, sindsdien wordt Seva Sangam Nederland heel bezielend geleid door Mieke Aussems. Sponsors en kennissen, die naar India gaan, bezoeken het tehuis en komen met enthousiaste verhalen terug, betere ambassadeurs kun je je niet wensen.
Het bestuur in India bestaat uit oudere vrouwen, die ondanks hun vaak hoge leeftijd heel actief zijn. Mede daardoor is er geregeld een andere secretaresse, maar de kontakten lopen desondanks steeds beter. Ook India blijft niet achter bij de tijd en de ontwikkelingen op IT gebied gaan daar niet voorbij, zodat nu correspondentie per e-mail gevoerd wordt en ook bellen is betaalbaar. De handweverij heeft men moeten opheffen, voor handgeweven lakens is in India geen markt meer. Een Belgische weldoener heeft voor een moderne drukpers gezorgd, die wel nog steeds in bedrijf is.
Computers zijn er ook, waar in bescheiden mate ook op les gegeven wordt. Enkele zijn door het Maartenscollege geschonken.
Door enkele grootschalige fondswervingsprojekten, o.a. door de Wilde Ganzen, zijn broodnodige verbouwingen gerealiseerd. In 1989, 1993, 1997, 2002, 2004, 2007, 2008, 2009, 2012 en de laatste keer in februari 2015 zijn bestuursleden bij Seva Sangam in Tiruchirappalli op bezoek geweest, voor besprekingen, controle en om alles in ogenschouw te nemen.
In de afgelopen 35 jaar is het aantal gesponsorde meisjes als hoogtepunt 110 geweest, momenteel 2017 zijn het er nog 95, daarnaast veel algemene sponsors. Dit laatste is het gevolg van het recent ingezette beleid, Meer nieuwe Indiase sponsors nemen onze afbouw over en dat verloopt succesvol.



Ook hier plaats in overvloed op latere foto's is te zien dat er aardig volgebouwd is.